Het is al de elfde dag op rij met zon en koude wind. De elfde dag betekent dat een derde van de Camino anders dan anders er al weer op zit. Ik zit voor het raam in de zon om 20.00 uur het blog te schrijven. Het weer lijkt prachtig. Een mooie zonnige avond, maar met een temperatuur van 5 graden of zo. Ik loop de hele dag in dikke truien met sjaals en mutsen. Mijn handen en lippen zijn schraal van de kou en de wind. Bij het hardlopen is de kant naar de zon warm en de andere kant koud. Handig, want je zweet gewoon niet.
Het bezoek had een zware nacht. Toen ze hun hoofd uit de tent staken zagen ze het rijp op het gras. In onze bedstee was het heerlijk warm. Nichtjelief was om 7.00 uur al bij ons binnen om warm te worden. Ze mocht mijn warme kruik en met de voeten op de vloer verwarming ten een kop hete thee trok ze bij. Het was windstil en mijn reptielenbrein zet me aan voor een hardlooprondje. We gaan voor een kleine ronde, maar het lopen gaat zo goed dat we toch de 5 km doen. De tijd was sneller dan gisteren, maar ik kom maar niet onder de 32 min. Je kunt niet alles hebben, niet waar?
Via de Social Deal had ik gezien dat je in de buurt forellen kunt vangen. Nu heb ik er helemaal niets mee, maar de kinderen houden van vissen. We boeken voor 11.30 uur. We hebben alle tijd om een lekkere lunch te maken en ons yoghurtje ontspannen op het tuincaféterras te eten. Heerlijk in de zon. We maken een praatje met de campingbaas. Van de eerste generatie zijn de huisjes, van de tweede generatie de camping en de kwekerij.
Wel een tegenstelling met India waar nu op de tv de beelden van mensen met corona langs komen. Vreselijk beelden. In schrille tegenstelling tot de prachtige natuur en de rust in op het Friese land. Wat kun je blij zijn met een paar minuten in de zon, met vriendelijke mensen en de ongelofelijke rust.
Om 10.45 uur zitten we gewapend met mondkapjes in de auto richting forellenkwekerij. De jeugd heeft er zin in. Ze krijgen uitleg van de forellenbaas en een emmer. In de emmer zit een potje asa, een handdoek, een tang en een stok. "Als je een gevangen hebt pak je de stok en dan sla je de forel 3 keer op de kop. Met een paar beste tikken." Ik zie Nichtjelief dapper knikken. Ik ben weg.....
De kids worden geïnstalleerd bij de visvijver en wij gaan ondertussen een kleine wandeling maken in Berlikum. Een schattig dorpje met een kanaal. Ik denk dat de Elfstedentocht er langs gaat. Op een schelpenpad lopen we naast deze vaart. Ondertussen krijgen we een belletje dat de eerste forel is gevangen. Je moet ze meenemen naar huis. Zuslief heeft al ideeën genoeg... gebakken aardappelen met forel en boontjes.
"Het schoonmaken dan", protesteer ik dapper. Niemand die er iets op uit doet. Ze zijn allemaal blij en opgetogen over de plannen.
Rond de afgesproken tijd halen we het spul op. Kids en vissen wel te verstaan, want ze hebben inmiddels 2 en ze zijn dood. "Zelf gedaan?" vraag ik nog. "Zelf geprobeerd", geeft Nichtjelief eerlijk toe. De buurman visser heeft de genade klap uitgedeeld. Dit moet met zorg gebeuren, want forel eet je met kop.... Een hele kop wel te verstaan, geen platte. Een andere vriendelijk forellenvisser helpt Zuslief even met de slacht. De hele familie staat er om heen en is getuige van de handelingen die de visser met zorg en uitleg doet. In een witte plastic zak gaat het zaakje mee naar huis.
We zitten nog een tijd in de zon en dan WORDT DE MAALTIJD bereidt in de kantine. Zwagerlief stookt het houtvuur. Zuslief maakt de vissen beter schoon en de kids helpen met folio ui en citroen. Manlief maakt de salade. Ik bekommer me in ons huis over de soep en de gebakken aardappeltjes.
De soep is een verhaal apart. De tomatensoep van gisteren werd door de kids niet zo geapprecieerd. Ik doe vandaag een nieuwe poging met soep van bloemkoolbladeren die ik gered heb van de klikko. Een campinggast wilde ze vanmorgen weggooien. Ze zagen er zo mooi uit, dus ik heb gevraagd of ik ze mocht hebben voor de kippen van de camping. Ik heb ze stilletjes mee naar het huisje genomen. De bladeren zagen er prachtig ui. Niets mis mee. Ik heb er een grote pan soep van gemaakt. Met een ui en een aardappel. Het blijkt dat in de bladeren de meeste vitaminen en zo zitten. Ook deze soep werd niet geapprecieerd. Maar ik word er blij van. Van niets iets maken. De soep vonden de volwassenen heerlijk. Ik heb maar niets gezegd over waar de grondstoffen vandaan kwamen.
We hebben samen een heerlijk maal in de warme kantine. Hete soep, door Zuslief vakkundig gefileerde forel, gebakken aardappels, lekkere yoghurt toetjes met aardbeien. Kijk hier word ik blij van! Gezellig samen, op redelijke afstand en samen eten van dingen die je zelf maakt. Een dag met een randje.
Na het eten drinken we thee en koffie. We evalueren de dag. "Wat was het mooist van deze korte vakantie? " vraagt Zuslief. "Het vissen" klinkt het uit een mond! Fijn dat zij er blij mee zijn. De familie gaat huiswaarts en wij gaan bezemen het kleine huisje en nemen het zelf weer in bezit. Morgen gaan we weer verder met onze Camino. Een fijne onderbreking, maar het is ook goed om weer met z'n tweeën te zijn. Daar worden we ook blij van.
Weer: zon en koud
Km: 5 km hardlopen en 6 km wandelen
Lunch: bietensalade
Diner: forel, gebakken aardappels en snijboontjes
Geen opmerkingen:
Een reactie posten